Difference between revisions of "TTMIK niveau 2 les 3"

From Korean Wiki Project
Jump to: navigation, search
(그래서)
(Voorbeeld)
Line 31: Line 31:
 
- 오늘 = vandaag - 비가 오다 = regenen - 비가 왔어요 = verleden tijd van 비가 오다<br /><br />
 
- 오늘 = vandaag - 비가 오다 = regenen - 비가 왔어요 = verleden tijd van 비가 오다<br /><br />
 
(2) '''집에 있었어요.''' <br />
 
(2) '''집에 있었어요.''' <br />
- 집 = huis, thuis - 있다 = zijn - 있었어요 = verleden tijd van 있다<br />
+
- 집 = huis, thuis - 에 plaats partikel- 있다 = zijn - 있었어요 = verleden tijd van 있다<br />
 
(1) + (2) = 오늘 비가 왔어요. daarom 집에 있었어요. = '''오늘은 비가 왔어요. 그래서 집에 있었어요.'''<br />
 
(1) + (2) = 오늘 비가 왔어요. daarom 집에 있었어요. = '''오늘은 비가 왔어요. 그래서 집에 있었어요.'''<br />
  

Revision as of 22:44, 2 May 2016

Na twee wat zwaardere onderwerpen, wijden we ons nu aan iets eenvoudigers, maar toch heel bruikbaars. In het Koreaans zijn er conjuncties of voegwoorden. Hiervan behandelen we er nu twee.

그리고 en 그래서.

그리고

그리고 betekent afhankelijk van de context "en" en "en dan". 그리고 wordt gebruikt om zelfstandig naamwoorden en hoofd- en bijzinnen met elkaar te verbinden; in de spreektaal is het echter gebruikelijker om hoofd- en bijzinnen aan elkaar te koppelen.


Voorbeeld (verbinden van zelfstandig naamwoorden)

- 커피, 빵, 그리고 물 = Koffie, brood en water

Voorbeeld (zinnen)

(1) 친구를 만났어요. = Ik ontmoette een vriend/vrienden.
- 친구 = Vriend - 를 = objectpartikel - 만나다 = ontmoeten - 만났어요 = verleden tijd van 만나다

(2) 밥을 먹었어요. = ik at rijst.
- 밥 = letterlijk rijst, figuurlijk maaltijd - 을 = objectpartikel - 먹다 = eten - 먹었어요 = verleden tijd van 먹다

(1) en (2) = 친구를 만났어요 en 밥을 먹었어요. = 친구를 만났어요, 그리고 밥을 먹었어요.

그래서

그래서 betekent "dus" of "daarom", het wordt gebruikt om een oorzakelijk verband aan te geven.

Voorbeeld

(1) 오늘 비가 왔어요.
- 오늘 = vandaag - 비가 오다 = regenen - 비가 왔어요 = verleden tijd van 비가 오다

(2) 집에 있었어요.
- 집 = huis, thuis - 에 plaats partikel- 있다 = zijn - 있었어요 = verleden tijd van 있다
(1) + (2) = 오늘 비가 왔어요. daarom 집에 있었어요. = 오늘은 비가 왔어요. 그래서 집에 있었어요.

Nog meer Voorbeeldzinnen

(1) 김치는 맛있어요. 그리고 한국 음식이에요.
= Kimchi is lekker, en het is Koreaans eten.
- 김치 = Kimchi - 맛있다 = smaakvol zijn - 한국 = Koreaans 음식 = eten (zelfstandig naamwoord)

(2) 저는 학생이에요. 그리고 프랑스어를 공부해요.
= Ik ben student en ik studeer Frans.
- 저 = ik (formeel) - 학생 = student - 프랑스어 = Frans - 공부하다 = studeren

(3) 저는 학생이에요. 그래서 돈이 없어요.
= Ik ben student, daarom heb ik geen geld.
- 돈 = geld - 이 = subject partikel - 없다 = niet hebben, niet zijn

(4) 김치는 맛있어요. 그래서 김치를 많이 먹어요.
= Kimchi is lekker, daarom eet ik veel Kimchi.
- 많이 = veel - 먹다 = eten (werkwoord)